‘Volgens mij heb ik een ingeklemde zenuw’ is een vaak gehoorde klacht van patiënten wanneer ze het over rug- of nekklachten hebben. Zeker wanneer deze gepaard gaan met tintelingen naar een arm of een been. Hoe zit dat nu en kan het überhaupt?
Kijkend naar het zenuwstelsel (tenminste dat deel waarover ik het wil hebben hier), dan kun je dat grofweg in twee delen indelen: een centraal zenuwstelsel (dit ligt binnen de schedel en binnen het ruggenmergkanaal) en een perifeer zenuwstelsel (dit zijn de zenuwen die vanuit het ruggenmergkanaal onder andere richting de armen en benen lopen). De perifere zenuw loopt treedt naar buiten door een foramen zoals in de onderstaande tekening duidelijk is. Rood is het foramen, blauw is de perifere zenuw. De blauwe pijl geeft aan waar het gewricht zit, waarover men praat bij een zogenaamde ‘blokkade’.
Wat direct opvalt is dat het foramen vrij groot is, oftewel dat de zenuw heel veel plaats heeft. Wanneer je het zo bekijkt, dan zou je dus mogen stellen dat een ingeklemde zenuw feitelijk helemaal niet mogelijk is, want de zenuw heeft immers voldoende vrijheid. Hierbij moet de kanttekening gemaakt worden dat het wel mogelijk is, wanneer er een vernauwing (stenose) van het foramen is, of wanneer er een uitstulping (hernia) van de tussenwervelschijf drukt op de zenuw. Hoe komt het dan toch dat zoveel mensen de beruchte zenuwklachten, zoals tintelingen, doofheid of zelfs uitval van bepaalde spieren krijgen, wanneer er geen hernia of kanaalstenose aanwezig is?
Rondom de zenuw ligt een heel netwerk van vaten, deels voor de toevoer van bloed en deels voor de afvoer van afvalstoffen. Deze afvoervaten hebben de eigenschap dat ze slechts kunnen functioneren wanneer er in dat specifieke gebied bewogen wordt. Hierdoor wordt het het vat om en om dichtgedrukt en geopend, waardoor er een soort afzuiging plaats vindt van afvalstoffen.
Wanneer er dus in een bepaald gebied niet of minder bewogen kan worden door bijvoorbeeld een mobiliteitsverlies (in de volksmond ook wel een blokkade) van het gewricht, dan gaan de afvalstoffen zich ophopen. Er ontstaat een stuwing. De naam zegt het eigenlijk al…afvalstoffen…oftewel chemische stoffen. Zo lang deze stoffen in beweging zijn, is er niet veel aan de hand, maar blijven deze ‘stil staan’, dan gaan ze een soort chemische reactie teweeg brengen in de nabije omgeving.
De spieren en de gewrichtskapsels zullen hierdoor verstijven en pijnlijk aanvoelen en de beweeglijkheid zal hierdoor nog verder afnemen. Wanneer de chemische reactie plaatsvindt ter hoogte van de zenuw, dan ontstaat er een prikkeling hiervan en de symptomen hierbij lijken sterk op die van een hernia: uitstralende pijn, tintelingen en wanneer het lang aanhoudt uitval van spieren.
Dit is natuurlijk een veel gunstigere diagnose dan een hernia, aangezien er hier geen probleem is met de tussenwervelschijf. Wel is het belangrijk om te kijken wat de oorzaak is van het bewegingsverlies. Is dit slechts een lokaal probleem (gewrichtsblokkade), dan kan een manipulatie of andere mobilisatietechniek hiervoor een prima oplossing zijn. Uiteraard is het wel belangrijk dat je kijkt waarom het mobiliteitsverlies ontstaat. Vaak zie je namelijk dat dit het gevolg is van een probleem elders in het lichaam (een ander gewricht, de ophanging van een orgaan enz.), waardoor de blokkade functioneert als een soort compensatie. In dit geval zou ik niet lokaal mobiliseren in de rug, maar datgene aanpakken waardoor de blokkade ontstaat. Wanneer je deze oorzaak oplost zal het lijf de mobiliteit zelf gaan herstellen.
Dus kort samengevat. Een ingeklemde zenuw zoals ik die meestal in de praktijk tegenkom bestaat naar mijn mening niet, hoewel enkele uitzonderingen er zoals eerder beschreven wel zijn. Deze zogenaamde ‘aandoening’ ontstaat door een bewegingsverlies met tot gevolg stuwing van afvalstoffen, waardoor de zenuw wordt geprikkeld. Wanneer dit bewegingsverlies hersteld wordt zullen de afvalstoffen weer verder afgevoerd worden, waarna de symptomen verdwijnen. Belangrijk is echter om te kijken wat de oorzaak is van het verlies van de beweeglijkheid, omdat je dan pas effectief behandelt en een lange-termijn-effect bereikt! De kracht van osteopathie is dat er altijd wordt uitgegaan van de totale mens. Niet alleen het skelet, maar ook de organen en enkele andere regio’s worden onderzocht en daar waar noodzakelijk behandeld.